Passief beleggen is populair. Maar het is ook saai. Je volgt een index en bent tevreden met hetzelfde rendement als de markt. Vanouds denken veel mensen bij beleggen toch aan actief vermogensbeheer gericht op outperformance, de uitdaging om het beter te doen dan de markt. Beide strategieën – passief of actief beleggen – hebben hun voor- en nadelen, merken de vermogenscoaches van Finner op.

De meeste vermogensbeheerders beleggen actief met een bepaald doel. Dat kan duurzaam beleggen zijn, vermogensbehoud, of juist outperformance. Dan streven zij actief een hoger rendement dan een bepaalde index na. Zij doen dat door te zoeken naar bedrijven die het beter gaan doen dan de markt. En afhankelijk van de marktontwikkelingen wordt actief in of uit beleggingen gestapt. Al die handelingen zijn erop gericht om een hoger rendement te realiseren met vermogensbeheer. Het actieve beheer gaat wel gepaard met hogere kosten en die moeten eerst met de prestaties worden goedgemaakt.

De praktijk is echter weerbarstig, want het blijkt vooral lastig te zijn om het op de lange duur beter dan de markt te doen. En vergeet niet dat rendement en risico bij beleggen hand in hand gaan. Een hoger rendement betekent ook een hoger risico. Met een actieve strategie gericht op outperformance is de kans groot dat het rendement afwijkt van het marktgemiddelde. En dat kan beide kanten op, zowel positief als negatief.

Om continue de juiste keuzes te maken en ook nog eens op het juiste moment, is hoog gegrepen. Daarom is het zinvol om te kijken hoe vermogensbeheerders presteren over verschillende jaren inclusief de jaren dat het minder ging op de beurs. Een vergelijkingssite als Finner maakt kosten en rendementen inzichtelijk en doet dat uniform en onafhankelijk. Zo kunt u zien hoe de strategie van een vermogensbeheerder werkt in goede tijden en in slechte tijden. Dat is geen garantie, maar wel een belangrijke indicator. En beleg alleen met geld dat u langere tijd kunt missen!